Begroting 2018

Groningen geeft energie

In 2016 en 2017 is er veel gebeurd “in de omgeving” van onze energie-ambitie en hebben we daarop actief ingespeeld. In 2016 hebben we met behulp van een energietransitiemodel in beeld gebracht hoe een energieneutrale regio Groningen-Eemsmond kan worden bereikt. Dit is over het voetlicht gebracht bij de Internationale Architectuurbiënnale Rotterdam 2016, onder de titel “The Nordic City”. Tegelijk hebben we het perspectief dat hierin is vervat aangeboden aan de minister van Economische Zaken in het kader van diens energiedialoog. Deze dialoog mondde begin 2017 uit in een nieuwe nationale energie-agenda “Naar een CO₂-arme energievoorziening”. Tegelijk vonden in het voorjaar parlementsverkiezingen plaats en wordt duidelijk dat een nieuw kabinet voor het eerst op de nationale schaal serieus werk gaat maken van de energietransitie. Wij menen dat de regio Noordoost Nederland kansen heeft om een meer dan proportionele bijdrage aan de nationale opgave te leveren. Daarom hebben wij samen met het college van gedeputeerde staten en mede namens de andere gemeenten in onze provincie een “Gronings energietransitiebod, het Groene Stopcontact” gedaan aan de partijen die vorm gaven aan een nieuw kabinet.
Hiermee biedt Groningen aan in 2035 vijf keer zoveel duurzame energie te produceren als voor gebruik in de eigen regio nodig is, voldoende om ook te voorzien in de energiebehoefte van bijvoorbeeld de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht. Groningen als het 'groene stopcontact' van Nederland. Om dit bod waar te kunnen maken zijn zeer grote investeringen nodig. Echter, twee derde deel daarvan kan worden opgebracht door de regio zelf en via bestaande rijksregelingen. Aanvullend is een extra rijksbijdrage nodig van 24 miljard als tegemoetkoming in de aanloopkosten en voor investeringen in onderdelen waarvoor geen bestaande regelingen zijn. De regio kon dit bod mede onderbouwen door de modelmatige studie die in 2016 al was verricht en deze verder uit te werken. Wij hebben twee scenario's aangeboden: "energie voor Groningen" en "Groningen energieleverend" (15% van Nederland). In het eerste geval gaat het om een investering van bijna 23 miljard euro, waarvan het rijk circa 6 miljard euro zou moeten bijdragen. Het concept waarop deze scenario's zijn gebaseerd gaat uit van een nieuwe energie-economie met zeer veel wind op zee, in combinatie met het ontwikkelen van een stabiele waterstofeconomie. We zijn daarom ook zeer ingenomen met het gelijktijdige voorstel van de Noordelijke Innovation Board: "De Groene Waterstof-economie in Noord-Nederland".
Het Gronings bod biedt aan de kennis en potentie van Noordoost Nederland te benutten, en daarmee de energietransitie van ons landsdeel en van Nederland te versnellen. Dit levert tegelijk een nieuw perspectief voor de regio door afbouw van aardgas te combineren met ontwikkeling een duurzame waterstofeconomie.
Behalve dit substantiële bod aan het rijk hebben stad en provincie tevens aangeboden de stad Groningen voor 2035 CO₂-arm te verwarmen, versterking in het gaswinningsgebied gepaard te laten gaan met maximale verduurzaming van woningen en gebouwen, te investeren in waterstof als energiedrager voor straks, werk te maken van energiebesparing bij bedrijven, te komen tot een CO₂-arme warmtevoorziening in de gebouwde omgeving voor alle buurten en dorpen.
Om dat waar te kunnen maken bepleiten wij bij het rijk: regelruimte in de vorm van een warmterecht in plaats van een wettelijke gasplicht en evenzo voor nieuwe financieringsconstructies die het mogelijk maken om bewoners te ontzorgen in de transitie, om alternatieve verdienmodellen te ontwikkelen en lokale participatie te stimuleren. Ook pleiten wij voor het oprichten van een investering- en ontwikkelingsfonds voor Groningen.
In de aanloop naar een nieuw kabinet wordt duidelijk dat een aantal grote gemeenten, waaronder Groningen, effectief hebben geanticipeerd op het nieuwe rijksbeleid. Mede in VNG- en IPO-verband bepleiten de lagere overheden een sterke regierol op regionale schaal, waarbij deze ook apparaatskosten van het rijk vergoed dienen te krijgen.

In dat licht maken wij de expliciete keuze om het energiebeleid tot een gemeentelijke kerntaak te maken, onder meer via de nieuwe omgevingsvisie.Daarom maken wij in 2018 een extra budget van 1,8 miljoen euro vrij voor het energieprogramma.

Met de Energiemonitor houden we doorlopend in beeld hoe we vorderen en welke overall-effecten voor de stad we mogen verwachten van voorgenomen maatregelen. In 2016 ondertekenden de 20 grootste bedrijven en instellingen in onze stad een intentieverklaring om tot versnelling van de energietransitie te komen. In juni 2017 traden 19 nieuwe partijen toe tot dit “platform”. In het kader van dit platform zijn thematische “tafels” opgericht om concrete problemen op te lossen en de weg vrij te maken voor een versnelde introductie van nieuwe maatregelen. Najaar 2017 betreft dit de onderwerpen versnelde introductie warmtepompen, groene gevels, opschaling inzet biomassa en groen gas, en duurzame evenementen. Gedacht wordt aan het opstarten van nieuwe tafels over waterstof en “zon op daken” (bedrijvenverenigingen, gemeente, Grunneger Power).

Prestatie-indicatoren

Behaald

 2014

Behaald 2015

Begroting 2016

Beoogd
 2017

Beoogd
2018

Totale energiegebruik in Groningen

15.355 TJ

15.576

minder dan 2015

minder dan 2016

minder dan 2017

Totale hoeveelheid geproduceerde duurzame energie

637 TJ

699 TJ

6,3 *)

8,1 *)

9,9 *)

Aandeel duurzame of hernieuwbare energie

4,1%

4,5%

p.m.

p.m.

p.m.

Totale C02-uitstoot

766 kton

cijfers CBS/RIVM **)

cijfers CBS/RIVM  **)

cijfers CBS/RIVM **)

cijfers CBS/RIVM **)

*) getallen zijn prognoses gebaseerd op beoogde prestaties van 39 actoren die samen 40% van de energie gebruiken, geëxtrapoleerd naar 100%.

**) cijfers over het lokale energiegebruik en lokale CO2-uitstoot komen pas twee jaar na een verstreken jaar beschikbaar.

Verdeling energiegebruik in 2015

Terajoule

%

Huishoudens

4.702

30,2%

Bedrijven en instellingen

7.648

49,1%

Verkeer en vervoer

3.226

20,7%

Totaal

15.576

100,0%

Hernieuwbare energie per bron in 2015

Terajoule

%

Biomassa (vergisting en verbranding)

532,1

76,1%

Bodemenergie

86,9

12,5%

Zonne-energie 

45,6

6,5%

Overige bronnen

34,5

4,9%

Totaal

699

100,0%

Bovenstaande tabellen zijn ontleend aan de energiemonitor. Hierin is het absolute energiegebruik en de verdeling hiervan over sectoren weergegeven.